Het Belgische recht kent sinds 1999 de mogelijkheid om naast natuurlijke personen ook rechtspersonen (o.a. vennootschappen, vzw’s en stichtingen) strafrechtelijk te vervolgen.
De strafrechtelijke verantwoordelijkheid van rechtspersonen wordt in de praktijk meestal ingeroepen in zaken rond economische of fiscale fraude, milieumisdrijven en arbeidsrechtelijke overtredingen. Juridisch is het evenwel mogelijk om de rechtspersoon te vervolgen voor alle mogelijke misdrijven waarvoor ook natuurlijke personen vervolgd kunnen worden.
Volgens artikel 5 van het Strafwetboek is een rechtspersoon strafrechtelijk verantwoordelijk voor misdrijven die:
- een intrinsiek verband hebben met de verwezenlijking van zijn doel. Het kan bijvoorbeeld gaan om een interimkantoor dat openlijk als doel heeft om personeel ter beschikking te stellen in gevallen waarin dit wettelijk verboden is.
- een intrinsiek verband houden met de waarneming van zijn belangen. Dit kan bijvoorbeeld een vennootschap zijn waarvan de boekhouding vervalst is om belastingen te ontduiken.
- naar blijkt uit de concrete omstandigheden, voor zijn rekening zijn gepleegd. Hiervan is bijvoorbeeld sprake wanneer met gelden van de rechtspersoon steekpenningen worden betaald aan een ambtenaar om bepaalde voordelen te bekomen.
Om de rechtspersoon te veroordelen, is het niet noodzakelijk dat er een specifieke natuurlijke persoon (bijvoorbeeld een werknemer of bestuurder) geïdentificeerd kan worden die het misdrijf gepleegd heeft. Dit belet niet dat wanneer er ook een specifieke natuurlijke persoon als dader geïdentificeerd wordt, deze persoon samen met de rechtspersoon veroordeeld kan worden.
Lees hier andere Q&A's en juridische vraagstukken uit ons ledenmagazine!
Uiteraard is het niet mogelijk om een gevangenisstraf uit te spreken tegen een rechtspersoon. Als een rechtspersoon veroordeeld wordt voor een feit waarvoor een natuurlijke persoon een gevangenisstraf kan krijgen, wordt een vervangende geldboete toegepast. Deze vervangende geldboete bedraagt ten minste 500 euro vermenigvuldigd met het aantal maanden van de minimale gevangenisstraf en ten hoogste 2000 euro vermenigvuldigd met het aantal maanden van de maximale gevangenisstraf.
Andere straffen waartoe de rechtspersoon veroordeeld kan worden zijn de normale geldboetes die ook voor natuurlijke personen gelden, de verbeurdverklaring van goederen, de ontbinding van de rechtspersoon, een verbod om bepaalde werkzaamheden uit te voeren, de sluiting van een inrichting en de verplichte bekendmaking van het vonnis.