Wat is mijn aandeel in de onroerende voorheffing bij handelshuur?
Een discussie die bij handelshuur vaak voorkomt is het aandeel in de onroerende voorheffing dat de verhuurder ten laste kan leggen van de huurder.
Bij handelshuur is het, in tegenstelling tot bij woninghuur, toegestaan dat de onroerende voorheffing doorgerekend kan worden aan de huurder.
Daarbij geldt eerst en vooral dat de onroerende voorheffing slechts (gedeeltelijk of integraal) kan ten laste gelegd worden van de huurder indien dit expliciet in de huurovereenkomst opgenomen is.
Met andere woorden: indien hierover niets werd voorzien in de handelshuurovereenkomst dan valt deze kost automatisch ten laste van de verhuurder.
Problematisch wordt het wanneer eenzelfde eigenaar naast een handelszaak ook privéappartementen verhuurt in hetzelfde pand. In een dergelijk geval is het van belang dat de opsplitsing van de onroerende voorheffing tussen het handelspand en de appartementen correct gebeurt. Dergelijke gevallen worden nog eens bemoeilijkt doordat de
fiscus geen rekening houdt met de opsplitsing van gebouwen indien er éénzelfde eigenaar is en dat de eigenaar/verhuurder bijgevolg slechts één aanslagbiljet ontvangt voor de onroerende voorheffing.
Het komt er dus op aan om als verhuurder de opsplitsing correct te berekenen, als huurder eventueel het aanslagbiljet op te vragen bij uw verhuurder en de handelshuurovereenkomst na te kijken om er zeker van te zijn dat uw aandeel in
de voorheffing niet te veel bedraagt.